In mijn carrière als baldie heb ik al heel wat haarwerken versleten. Echt en nephaar, superlang en wat korter, krullen, steil, met pony en zonder, licht, donker – I’ve had it all. Ik weet nu vrij goed hoe mijn perfecte pruik eruit ziet, maar daar heb jij dus helemaal niks aan! Want wat voor mij werkt, kan voor jou heel anders zijn. Het ideale haarwerk bestaat niet. Toch wil ik je wel graag vertellen over mijn ervaringen en afwegingen, zodat ik jou misschien kan helpen bij die eerste belangrijke keuze: neem je een synthetisch haarwerk of een pruik van echt haar?
Mijn eerste twee pruiken waren synthetisch. Dat was vooral een kostenkwestie – ik schrok me rot van de prijzen van echt haar. Veel mensen denken bij een haarwerk van synthetisch haar meteen aan de kwaliteit van een gemiddelde carnavalspruik. Maar dat is echt onterecht! Veel synthetische haarwerken zijn nauwelijks nog van echt te onderscheiden, al zijn er wel grote verschillen in kwaliteit.
Dit zijn de belangrijkste eigenschappen van een synthetisch haarwerk:
Nogmaals: het ene synthetische haarwerk is het andere niet! Dat zit hem vooral in de verschillende haarsoorten die worden gebruikt; de een is wat stugger, de ander blijft weer beter in model. Inmiddels bestaan er ook soorten die je wel kunt stylen: zo kun je betex vezel gewoon met een krultang behandelen en kan ook cyberhaar tegen hitte. Je snapt: daar hangt wel een prijskaartje aan. Toch raad ik je aan om niet alléén naar de prijs te kijken. In mijn geval bleek achteraf dat oude gezegde helemaal waar: goedkoop is duurkoop. Omdat ik niet 100% tevreden was, droeg ik mijn haarwerk veel minder vaak dan ik van plan was.
Vanaf de derde pruik die ik kocht (inmiddels staat de teller op zeven, hier lees je meer over mijn collectie en alle namen die ik ze gaf), koos ik voor echt haar. Superduur, yep, maar het past beter bij mij. Dit zijn de belangrijkste eigenschappen:
Ook in echt haar heb je keuze uit verschillende soorten. Zelf houd ik het meest van onbehandeld Europees haar. Dit haar glanst heel natuurlijk en valt ook zo; door de fijne, zachte structuur danst het om je hoofd. Ook is het gemakkelijk te stylen: krullen, een knot, een staart – alles staat prachtig. Omdat het niet is bewerkt, blijft het langer mooi. Helaas is Europees haar ook meteen het allerduurste haar dat je kunt krijgen. Een alternatief is Aziatisch haar. Dit haar is stugger en dikker, waardoor het niet danst, maar vrij zwaar naar beneden hangt en moeilijker te stylen is. Door de chemische behandelingen slijt en breekt het bovendien sneller. Er zijn ook nog andere varianten verkrijgbaar, zoals Indian of Eurosian haar, maar daar heb ik geen ervaring mee.
Genoeg over mij nu. Ik hoop dat jij verder komt in het maken van de keuze tussen echt of nep. Eigenlijk moet je drie knopen doorhakken:
1: Hoeveel wil je uitgeven?
2: Wat vind je mooi?
3: Hoeveel wil je met je haar kunnen doen?
Twijfel je nog? Vraag je haarwerkspecialist dan om advies en – héél belangrijk! – probeer beide soorten haar uit, zodat je het verschil kunt zien én voelen. Succes!