“Van de eerste keer kaal weet ik niet veel meer. Ik was pas vier, toen er een tumor in mijn nier en milt werd ontdekt. Op de afdeling oncologie in het ziekenhuis waren alle kinderen kaal, niks bijzonders dus. Als ik foto’s uit die tijd terugkijk, zie ik ook niet meteen een kaal kind – wel een doodziek kind. Nu ik zelf een zoontje verwacht, kan ik me pas voorstellen hoe heftig die periode moet zijn geweest voor mijn ouders.
De tweede keer dat ik kaal werd, herinner ik me nog wel. Ik was negen en zat in groep zes. Ik was heel gek op mijn haar, mijn moeder maakte er altijd vlechtjes, staartjes of knotjes in. Toen ze in juli trouwde met mijn stiefvader, begon het ineens uit te vallen. Daar schrok ik enorm van: kreeg ik nou weer iets ergs? Mijn haar werd steeds dunner, in oktober was ik alles kwijt. De artsen weten nog steeds niet zeker of ik echt alopecia heb, want ik heb niet die typische kale plekken en op de rest van mijn lichaam groeit alles nog wel gewoon. Misschien heeft het te maken met die zware behandeling op mijn vierde. Wat het ook is, als kind dacht ik al snel: oké, dan is dit wie ik ben.
In het begin droeg ik vooral bandana’s op mijn hoofd, dat vond ik leuk staan. Later haakte mijn oma mutsjes voor me, daar maakten we dan aan de binnenkant extensions aan vast. Met mijn moeder mocht ik regelmatig naar de Chinese toko om nephaar uit te kiezen. Meestal koos ik voor lang en blond. Hartstikke nep, maar ik vond het prachtig. In groep acht begon ik ook een pruik te dragen, tegen die tijd begonnen ze me ermee te pesten. Ik weet nog dat ik eens zó boos was op een meisje, dat ik mijn pruik op tafel smeet en mijn vuisten balde – kom maar op. Dat deed ik ook altijd tijdens het stoeien met mijn broertjes: pruik af en gáán. Kon me niks schelen.
Op de middelbare school maakte ik een nieuwe start, vanaf toen droeg ik consequent een pruik. Tegen mijn klasgenoten zei ik er niets over, alleen de directeur wist ervan. Tot de tweede droeg ik synthetische pruiken, wat een zweterige ondingen waren dat. De haren voelden niet echt, mijn borstel ging er niet fijn doorheen en ik kon het niet föhnen of stylen. In de derde kreeg ik daarom van mijn opa een pruik van echt haar, helemaal op maat gemaakt. Omdat ik die op mijn hoofd kon vastplakken, kon ik er zelfs mee zwemmen en slapen. Ideaal, maar krankzinnig duur en na twee jaar was hij helemaal op. Omdat ik niet elke twee jaar 4.000 euro had liggen voor een nieuwe, ging ik op zoek naar alternatieven. Twee keer mocht ik een pruik uitzoeken van de Stichting Haarwensen. Zij maken fijne pruiken van echt haar, maar alleen voor kinderen tot en met achttien jaar.
Mijn moeder was mijn steun en toeverlaat, ze gaf me nooit het idee dat zij het er zelf moeilijk mee had. Ze vond me ook niet anders of zielig. Dat positieve heeft me echt geholpen. Ze gaf me zelfs een keer op voor een actie van Radio 538. We zaten met het hele gezin in de auto met de radio aan, toen ik de dj ineens hoorde zeggen dat mijn moeder naar de studio moest bellen. Eenmaal aan de lijn gaf ze haar telefoon aan mij; ik zat live in de uitzending toen ze me vertelden dat ik op hun kosten een nieuwe pruik mocht uitkiezen. Echt te gek.
Ook aan de meiden met alopecia die ik via Instagram ken, heb ik veel gehad. Weten dat je niet de enige bent, scheelt zoveel. Veronique leerde ik ook daar kennen. Doordat ik haar zo vrolijk met een kaal geschoren hoofd op de foto zag staan, ben ik ook gaan scheren. Elke zomer scheer ik mezelf kaal, in de winter doe ik er niets aan.
Tegenwoordig draag ik weer pruiken op maat. De tweede is inmiddels besteld en betaald, maar door corona wacht ik er al een jaar op. In Nederland maakten ze een siliconen mal van mijn hoofd, die vervolgens naar China werd opgestuurd om er een haarnetje omheen te maken. Als ik dat in Nederland heb gepast, gaat hij opnieuw naar China en dan gaan ze hem knopen. Ik hoef vast niet uit te leggen hoe duur dat is. Vorig jaar, toen ik hem bestelde, kreeg ik nog 1.000,- euro vergoed van de zorgverzekeraar, tegenwoordig vergoeden ze nog maar de helft. Dat vind ik echt belachelijk, een pruik is hartstikke belangrijk voor je zelfbeeld. Toen ik mijn man leerde kennen, hield ik hem de eerste nacht zelfs op. De volgende ochtend vertelde ik hoe het zat; hij vond het prima. Sindsdien slaap ik gewoon kaal naast hem. Kan de boel ’s nachts lekker luchten.”