Alopecia areata

Alopecia areata is een vorm van reversibel (of niet-verlittekenend) haarverlies. Hieronder lees je meer over de subtypes, symptomen, oorzaak en eventuele oplossingen.

Symptomen en subtypes

De letterlijke vertaling van alopecia is haarverlies. Er zijn drie soorten alopecia, met verschillende symptomen:

  • Alopecia areata (ofwel patch type alopecia in het Engels): deze vorm uit zich in ronde/ovale kale plekken op je hoofdhuid
  • Alopecia totalis: in dit geval verlies je al het haar op je hoofd, inclusief je wimpers en wenkbrauwen.
  • Alopecia universalis: bij deze vorm verlies je alle lichaamsbeharing, dus ook je schaam- en okselhaar, been- en armharen, neushaar en alle andere haartjes waarvan je niet wist dat je ze had. Het komt voor dat je jeuk krijgt door de haaruitval, ook haarpijn komt voor.

Oorzaak

De oorzaak van alopecia is een combinatie van genetische aanleg en een externe trigger zoals stress of een infectie. Door een genetische afwijking raakt je immuunsysteem gemakkelijk in de war; vaak hebben mensen met alopecia ook andere auto-immuunziekten (zoals een schildklieraandoening, vitiligo, eczeem, astma of hooikoorts). Als je deze dna-mutatie hebt, is de kans 2% dat zich dit uit in alopecia. Als je die pech hebt, valt je immuunsysteem je haarzakjes aan. De ontsteking die daardoor ontstaat, zit helemaal onderin bij de wortel, in het diepste puntje. Het voordeel daarvan is dat je stamcellen gespaard blijven. Je stamcellen zitten namelijk verder bovenin en zijn het geheugen van je haarzakje, ze zorgen ervoor dat er nieuwe haren aangemaakt kunnen worden. Daardoor kán je haar weer beginnen te groeien. Maar als je immuunsysteem weer opnieuw in de war raakt door een externe trigger (bijvoorbeeld door een operatie, maar ook door corona of de vaccinatie daartegen), kan het ook weer uitvallen.

Behandeling

Als je slechts een paar kale plekken hebt, is de kans op spontaan herstel vrij groot. Maar hoe jonger je bent als de aandoening zich bij jou openbaart, en hoe uitgebreider en langduriger je haarverlies is, hoe kleiner de kans is dat je er nog (helemaal) vanaf komt. Als het haarverlies langer duurt dan een jaar, worden de vooruitzichten slechter. Maar het komt wel voor dat alopecia overgaat van de ene in de andere vorm en dat je dus een deel van je haren terugkrijgt.  

Omdat artsen steeds meer weten over de oorzaken van alle subtypes, kunnen ze steeds gerichter behandelen. Daardoor neemt de kans op succes toe en de kans op bijwerkingen af. Meestal begint een behandeling met een hormoonzalf, -schuim of lotion, maar vaak komt die niet diep genoeg.

Injecties in de hoofdhuid werken wel, maar daar heb je alleen iets aan als je weinig kale plekken hebt, of als je bijvoorbeeld alleen je wenkbrauwen terug wilt. Je kunt namelijk niet je hele hoofdhuid laten injecteren. Als je kiest voor injecties, moet je dit elke 4-6 weken blijven doen, maar na verloop van tijd kun je het groeiproces meestal wel onderhouden met een crème.  

Als injecties niet (voldoende) werken, kun je medicijnen krijgen die je immuunsysteem onderdrukken. Er zijn veel verschillende soorten die je kunt proberen. Dat heeft echter ook nadelen, want daardoor wordt je afweer tegen allerlei andere aandoeningen een stuk zwakker. De kans dat zo’n medicijn bij jou aanslaat, is ongeveer 50%, maar de kans dat je haar er volledig door terug groeit is kleiner. En met een halve haardos ben je waarschijnlijk nog steeds niet blij... Je moet de voor-en nadelen dus goed tegen elkaar afwegen.